Ga naar de inhoud
Direct naar
  • Mijn RvR
  • Kenniswijzer
  • Contact
  • Nieuws
  • English
  • Best Practices Leidraad voor asieladvocaten
Raad voor Rechtsbijstand (naar homepage)
Kenniswijzer
  • Voor advocaten
    • Algemene inschrijving bij de Raad
    • Ingeschreven en dan?
    • Over toevoegingen
    • Declaratie indienen
    • Nieuws
    • Formulieren voor advocaten
    • Direct regelen
  • Voor mediators
    • Algemene inschrijving bij de Raad
    • Ingeschreven en dan?
    • Over toevoegingen
    • Declaratie indienen
    • Nieuws voor mediators
    • Formulieren voor mediators
    • Wrb-portaal voor mediators  met eHerkenning
  • Voor burgers
  • Kenniswijzer
    • Wijzigingen werkinstructies
    • Meer over de Kenniswijzer
    • Werkinstructies extra uren
    • Werkinstructies mediation
    • Werkinstructies toevoegen
    • Werkinstructies vaststellen
    • Wet- en regelgeving
    • Zoeken op Kenniswijzer
    • Zoeken op Kenniswijzer jurisprudentie
  • Mijn RvR
  • Kenniswijzer
  • Contact
  • Nieuws
  • English
  • Best Practices Leidraad voor asieladvocaten
  1. Home ›
  2. Kenniswijzer ›
  3. Zoeken op Kenniswijzer ›
  4. O013 gewelds- en zedenmisdrijven met ernstig letsel

O013 gewelds- en zedenmisdrijven met ernstig letsel

Werkinstructie
Verbintenissenrecht

Kan op grond van het formele beleid niet worden toegevoegd? En is er beoordelingsruimte? Dan kan de Raad de context- en persoonsgebonden factoren van rechtzoekende bij het besluit betrekken. Dat wil zeggen, de situatie waarin deze persoon verkeert, diens capaciteiten en de omstandigheden waarin problemen optreden. Misschien is toevoeging dan alsnog mogelijk. >> Klik door voor meer informatie <<

Benodigde stukken / informatie

  • (digitaal) ondertekend aanvraagformulier Civiel
  • een duidelijke toelichting op het rechtsprobleem en de noodzaak van een advocaat

Inschrijvingsvoorwaarden

De rechtsbijstandverlener moet als specialist slachtofferzaken zijn ingeschreven.
Zie werkinstructie specialisatie advocaat/niet-ingeschreven advocaat.

Als de rechtsbijstandverlener niet als specialist slachtofferzaken is ingeschreven wijs je aanvraag af met tekstcode 182.

Uitzondering Inschrijvingsvoorwaarden

1. Mensenhandel

De rechtsbijstandverlener die werkzaamheden verricht voor een rechtzoekende die het slachtoffer is van mensenhandel, hoeft niet als specialist slachtofferzaken ingeschreven te staan als hij:

  • ingeschreven staat voor de specialisatie asiel- of vreemdelingenrecht, én
  • een verdiepingscursus mensenhandel (5 punten) heeft gevolgd of een Compactcursus Bijstaan Slachtoffers Mensenhandel (10 punten), waarin verblijfrechtelijke aspecten en de positie van het slachtoffer aan bod komen, aangevuld met een tweejaarlijkse actualiteitencursus mensenhandel.

Je herkent deze uitzondering aan de omschrijving ‘Asiel Mensenhandel’ op het Rbv-overzicht.

2. Cassatie

De rechtsbijstandverlener die cassatiewerkzaamheden verricht voor een slachtoffer in een voeging als benadeelde partij, moet zijn ingeschreven als specialist slachtofferzaken of als specialist strafrecht.

N.B. Deze uitzondering geldt niet voor cassatie in een civiele vordering.

Toevoegbeleid

Algemeen

De toevoeging is bedoeld voor het slachtoffer of diens nabestaande(n) in een strafzaak of het vorderen van (aanvullende) schadevergoeding in een civiele procedure. Als uit de aanvraag blijkt dat sprake is van noodzakelijke juridische werkzaamheden ter zake van een ernstig gewelds- of zedenmisdrijf met een bekende verdachte, dan verstrek je een paraplutoevoeging met code O013. Deze toevoeging geldt voor alle advieswerkzaamheden in de zaak én de eerste procedure die hieruit voortvloeit.

Je verstrekt een toevoeging als aan de volgende voorwaarden is voldaan:

  • rechtzoekende is slachtoffer van een zeden- of geweldsmisdrijf of is nabestaande van een slachtoffer die door een zeden- of geweldsmisdrijf om het leven is gekomen; én
  • de verdachte in de zaak is bij Justitie bekend; én
  • het slachtoffer komt in aanmerking voor een uitkering op grond van artikel 3 van de Wet schadefonds geweldsmisdrijven.

Het recht op kosteloze rechtsbijstand in strafzaken eindigt nadat de uitspraak onherroepelijk is geworden (veroordeling of vrijspraak van de verdachte). Na deze uitspraak kan de rechtzoekende nog wel een aanvullende schadevergoeding vorderen in een civiele procedure. Hiervoor verstrek je wederom een O013.

Slachtoffer

De definitie van het slachtoffer is wettelijk vastgelegd: ‘Slachtoffer is degene die als rechtstreeks gevolg van een strafbaar feit vermogensschade of ander nadeel heeft ondervonden’. (Artikel 51a lid 1 onder a sub 1 Sv)

Geen slachtoffer

Niet iedereen die zich kan voegen als benadeelde partij is een slachtoffer in de zin van artikel 44 lid 4 Wrb en 51a Sv. Ook indirect benadeelden en/of naasten kunnen zich als benadeelde partij voegen in de strafprocedure. Het gaat hier om personen die niet direct zelf slachtoffer zijn geworden van het misdrijf en ook geen nabestaande zijn van een overleden slachtoffer (zie volgende paragraaf), maar wel een schadevordering hebben op grond van bijvoorbeeld shockschade, affectieschade of verplaatste schade.

Deze personen komen niet in aanmerking voor een O013-toevoeging. De werkinstructies O010 en/of Z110  kunnen wel van toepassing zijn.

Nabestaanden

Nabestaanden zijn familieleden van een persoon wiens overlijden rechtstreeks veroorzaakt is door een strafbaar feit. (Artikel 51a lid 1 onder a sub 2 Sv) Welke nabestaanden in aanmerking komen voor kosteloze rechtsbijstand op grond van artikel 44 lid 4 Wrb wordt bepaald door artikel 3 lid 2 van de Wet schadefonds geweldsmisdrijven.

De volgende nabestaanden komen in aanmerking voor een O013-toevoeging:

  • echtgenoot;
  • geregistreerd partner;
  • partner waarmee een gemeenschappelijke huishouding wordt gevoerd;
  • ouders, inclusief adoptieouders;
  • kinderen, zowel minder- als meerderjarig, inclusief adoptiekinderen;
  • (half)broers en (half)zussen;
  • minderjarige stief- of pleegkinderen.

Het maakt hierbij niet uit welke schadevordering de nabestaande wenst in te dienen.

Andere personen komen in beginsel niet in aanmerking voor een O013-toevoeging. De werkinstructies O010 en/of Z110 kunnen wel van toepassing zijn.

Uitzondering andere nabestaanden

Een persoon die niet onder de bovenstaande opsomming valt kan toch een nabestaande zijn, als deze met het slachtoffer in gezinsverband samenwoonde en daarvan afhankelijk was voor het levensonderhoud. Dit moet door de advocaat worden gemotiveerd. (Artikel 2 lid 2 onder b en c Wsg)

Voorbeeld

Een persoon wordt slachtoffer van een mishandeling. Het slachtoffer houdt hier ernstig letsel aan over. De broer van het slachtoffer was getuige van de mishandeling. Omdat het slachtoffer niet als gevolg van het geweldsmisdrijf is overleden zijn er geen nabestaanden. In de strafzaak voegen zich de volgende partijen:

  • Het directe slachtoffer: je verstrekt een O013-toevoeging;
  • De echtgenoot van het slachtoffer vordert affectieschade: je codeert de toevoeging op Z110 en wijst deze af op bereik met de toevoeging van het directe slachtoffer. (Zie werkinstructie bereik, paragraaf 1.2.1.;
  • De meerderjarige dochter van het slachtoffer vordert affectieschade: je toetst de aanvraag aan de voorwaarden van code Z110;
  • De broer van het slachtoffer vordert shockschade: je toetst de aanvraag aan de voorwaarden van code Z110.

Bereik

Als de aanvraag voldoet aan alle voorwaarden dan kun je per dagvaarding/procedure een toevoeging verstrekken. Zie voor het beleid bij meerdere slachtoffers c.q. nabestaanden de werkinstructie bereik, paragraaf 1.2.1.

Paraplutoevoeging

De paraplutoevoeging geldt voor alle advieswerkzaamheden met betrekking tot de problematiek bij ernstige gewelds- en zedenmisdrijven en de eerste procedure die hieruit voortvloeit. Bijvoorbeeld: civiele procedure tot schadevergoeding, voeging als benadeelde partij, uitoefenen spreekrecht, beklag niet vervolging na sepot OvJ. Bij vaststelling van de vergoeding blijft de zaakcode O013. Zie werkinstructie artikel 29 Bvr.

Voeging als benadeelde partij

Als een Z110 wordt aangevraagd, maar de zaak voldoet aan de voorwaarden voor O013, dan verstrek je een toevoeging O013.

Wordt niet voldaan aan de voorwaarden voor O013, dan beoordeel je de aanvraag conform de werkinstructie Z110.

Civiele schadevordering

Als niet aan de voorwaarden voor O013 wordt voldaan, kun je mogelijk wel een toevoeging voor O010 verstrekken.

Tuchtrecht

Het indienen van een klacht bij een tuchtcollege valt niet onder zaakcode O013 en artikel 44 lid 4 Wrb. Je toetst deze aanvragen aan de relevante werkinstructie(s), bijvoorbeeld O040 medisch handelen of O010 onrechtmatige daad.

Wet schadefonds geweldsmisdrijven

Er moet sprake zijn van een opzettelijk gepleegd gewelds- zedenmisdrijf. Het slachtoffer daarvan moet in aanmerking komen voor een uitkering overeenkomstig artikel 3 Wet schadefonds geweldsmisdrijven. Het gaat over de ernst van het letsel: dit kan zowel geestelijk als lichamelijk letsel zijn, als een combinatie van beide.

Nabestaanden van het slachtoffer komen daarnaast ook in aanmerking bij  dood door schuld (art. 307 Sr) en verkeersongeval met dood door schuld (art. 6 WVW).

Als richtlijn wordt door het Schadefonds Geweldsmisdrijven aangehouden dat letsel met langdurige of blijvende ernstige gevolgen zoals een ontsierend litteken, het verlies van (het zicht van) een oog of letsel waarbij het herstel lang duurt of waardoor rechtzoekende zijn dagelijkse werkzaamheden of bezigheden geruime tijd (langer dan zes weken) niet heeft kunnen doen, als ernstig letsel wordt aangemerkt. Voorbeelden zijn krachtverlies in de hand of beperkte beweeglijkheid van de schouder.

Bij ernstig geestelijk letsel moet bijvoorbeeld gedacht worden aan slaapproblemen gedurende een langere periode of straatangst of psychisch trauma.
Bij zedenmisdrijven en gewapende overvallen -of ander direct levensgevaar– gaat de Raad er doorgaans vanuit dat er sprake is van ernstig geestelijk letsel.

Als de aanvraag voldoet aan alle voorwaarden dan kun je per dagvaarding/procedure een toevoeging verstrekken. Zie voor het beleid bij meerdere slachtoffers de werkinstructie bereik, paragraaf 1.2.1.

Misdrijf gepleegd in buitenland

Als rechtzoekende slachtoffer is van een ernstig gewelds- of zedenmisdrijf in het buitenland, dan valt de zaak niet onder de Nederlandse rechtssfeer. Je wijst de aanvraag toevoeging af met tekstcode 026 (Nederlandse rechtssfeer).

Het Schadefonds verstrekt alleen een uitkering als het gewelds- of zedenmisdrijf in Nederland plaatsvindt. Wordt de verdachte echter in Nederland vervolgd, dan verstrek je bij uitzondering toch een O013-toevoeging. De advocaat moet bij de aanvraag toevoeging bewijsstukken overleggen dat vervolging in Nederland is aangevangen (zoals een dagvaarding).

Vroeg stadium bij ernstig gewelds- of zedenmisdrijven: LAT

Is er nog geen verdachte bekend in de ernstig gewelds- of zedenzaak, dan verstrek je een lichte adviestoevoeging. De advocaat kan in dat stadium het slachtoffer bijstaan bij de aangifte, informeren over het opsporingsonderzoek, de rechtspositie van het slachtoffer en de mogelijkheden van het verkrijgen van een schadevergoeding. Zodra de verdachte bekend is, kan de advocaat mutatie vragen en kun je de LAT omzetten naar een reguliere paraplutoevoeging.

Slachtoffers misbruik Jeugdzorg

Slachtoffers van misbruik in de periode dat zij onder de verantwoordelijkheid van Jeugdzorg vielen (pdf, 103 kB), zijn in eerste instantie aangewezen op bijstand van Slachtofferhulp Nederland (SHN). Blijkt uit de toevoegaanvraag niet dat rechtzoekende zich tot SHN heeft gewend, dan wijs je de aanvraag af met tekstcode 130 (zelfredzaamheid). Je verstrekt een toevoeging als uit de aanvraag blijkt dat SHN de rechtzoekende naar een advocaat verwijst.

De financiële beoordeling is gelijk aan die bij een ‘slachtoffer zeden- of geweldsmisdrijf’ zie de verwijzing hieronder.

Mensenhandel

Aan slachtoffers van mensenhandel die rechtsbijstand willen, wordt in een vroeg stadium een toevoeging verleend met zaakcode O013 met aanvullende omschrijving: mensenhandel. Er moet sprake zijn van een zaak binnen de Nederlandse rechtssfeer en een verdachte die bekend is. Ook dit is een paraplutoevoeging. De toevoeging geldt voor alle advieswerkzaamheden met betrekking tot de problematiek bij mensenhandel en de eerste procedure die hieruit voortvloeit. Bijvoorbeeld: (bedenktijd voor het doen van) aangifte, bijstand bij het verkrijgen van een tijdelijke vergunning tot verblijf op humanitaire gronden, voeging als benadeelde partij, beklag niet vervolging na sepot OvJ, (voornemen) intrekking verblijfsvergunning Mensenhandel, enz. Bij vaststelling van de vergoeding blijft de zaakcode O013. Zie werkinstructie artikel 29 Bvr.

Aanvraag verlenging verblijfsvergunning regulier zie V010.

Bereik (geen afzonderlijke toevoeging)

Werkzaamheden kunnen onder het bereik van een eerder verstrekte toevoeging vallen ( artikel 28 lid 1 sub b Wrb en artikel 32 Wrb. Je verstrekt in dat geval geen afzonderlijke toevoeging. Het beleid is beschreven in de Werkinstructie Bereik. In onderstaand overzicht staan enkele voorbeelden van bereik op dit gebied:

  • Algemeen, hoofdstuk 1, o.a. rechtsbelang, diversiteit van procedures
  • Civielrechtelijke zaken: hoofdstuk 3, o.a. conservatoir beslag
  • Incidenten in de procedure: paragraaf 1.4.1 en 3.1
  • Deelgeschillen: paragraaf 1.4.1
  • Minderjarige slachtoffers c.q. nabestaanden: paragraaf 1.2.1

Voorbeeld bereik

Een door het OM voor slachtoffers opgelegd conservatoir beslag op het vermogen van de verdachte in een zaak over ernstig gewelds- of zedenmisdrijf betreft hetzelfde rechtsbelang als de hoofdzaak.

Financiële beoordeling / Geen eigen bijdrage

Slachtoffer zeden- of geweldsmisdrijf: zie werkinstructie Financiële beoordeling, geen eigen bijdrage.
Voeging benadeelde partij: zie werkinstructie Financiële beoordeling, geen eigen bijdrage.

Minderjarige rechtzoekende: zie werkinstructie Draagkrachtberekening minderjarige rechtzoekende (8 Bebr).

Voor aanvragen uit het buitenland: zie werkinstructie Financiële beoordeling algemeen, O013 aanvragen uit het buitenland.

Verzoek schadevergoeding bij schadefonds Geweldsmisdrijven

Zie werkinstructie B010.

Beklag niet vervolging

Zie werkinstructie Z180.

Straat- en contactverbod

Zie werkinstructie O011.

LAT

De rechtsbijstandverlener kan een LAT aanvragen, als hij verwacht dat de zaak binnen 3 uur advies kan worden behandeld. Je toetst deze aanvraag aan dezelfde inhoudelijke criteria als een reguliere aanvraag. Wanneer alsnog blijkt dat de zaak niet binnen 3 uur advies kan worden behandeld kan de rechtsbijstandverlener verzoeken de LAT om te zetten naar een reguliere toevoeging.
Je vraagt niet actief of een rechtsbijstandverlener het met een LAT af zou kunnen als er om een reguliere toevoeging wordt verzocht.

Achtergrondinformatie

  • Letsellijst Schadefonds geweldsmisdrijven
  • WODC-rapport: Slachtofferadvocatuur, De rol van de advocatuur in de bijstand van slachtoffers van ernstige gewelds- en zedenmisdrijven
  • Overzichtsarrest Hoge Raad vordering benadeelde partij (ECLI:NL:HR:2019:793)

Wet- en regelgeving

  • Artikel 12 lid 2 sub b Wrb
  • Artikel 12 lid 2 sub g Wrb
  • Artikel 44 lid 4 Wrb
  • Artikel 4 lid 2 Brt
  • Artikel 7 Brt

Versie
4.14
Gewijzigd op
1 januari 2025
Punten
15

Inhoudsopgave

  • Benodigde stukken / informatie
  • Inschrijvingsvoorwaarden
    • Uitzondering Inschrijvingsvoorwaarden
  • Toevoegbeleid
    • Algemeen
    • Slachtoffer
    • Nabestaanden
    • Bereik
    • Paraplutoevoeging
    • Tuchtrecht
    • Wet schadefonds geweldsmisdrijven
    • Vroeg stadium bij ernstig gewelds- of zedenmisdrijven: LAT
    • Slachtoffers misbruik Jeugdzorg
    • Mensenhandel
    • Bereik (geen afzonderlijke toevoeging)
    • Financiële beoordeling / Geen eigen bijdrage
    • Verzoek schadevergoeding bij schadefonds Geweldsmisdrijven
    • Beklag niet vervolging
    • Straat- en contactverbod
  • LAT
  • Achtergrondinformatie
  • Wet- en regelgeving


Over de Raad voor Rechtsbijstand

Burgers moeten kunnen rekenen op passende ondersteuning en goede rechtsbijstand. Daar maakt de Raad voor Rechtsbijstand zich sterk voor via de organisatie en borging van gesubsidieerde mediation en rechtsbijstand, uitvoering van de Wet schuldsanering natuurlijke personen en de Wet beëdigde tolken en vertalers.

  • Meer over ons
  • Contact
  • Protocol Wet open overheid (Woo)
  • Toegankelijkheid
  • Privacy
  • Cookies
  • Proclaimer
  • Informatiebeveiliging

Volg ons op

  • Youtube
  • LinkedIn

Shockschade is het geestelijk letsel dat kan ontstaan als iemand wordt geconfronteerd met (de gevolgen van) het misdrijf. Hierbij kan bijvoorbeeld worden gedacht aan de getuige van een misdrijf, een goede vriend die het lichaam van het slachtoffer heeft geïdentificeerd, maar ook om de persoon die met de na-effecten van het misdrijf te maken krijgt.

Vergoeding van affectieschade is een vorm van smartengeld voor naasten of nabestaanden: de schade die iemand ondervindt door het leed dat is ontstaan door het overlijden of ernstig gewond raken van een dierbare als gevolg van toedoen van een ander. Het kan hierbij gaan om een gewelds- of zedenmisdrijf (O013), maar ook om verkeersongevallen en medische fouten (geen O013).

Verplaatste schade is financiële schade die derden oplopen als gevolg van kosten die ten behoeve van het slachtoffer zijn gemaakt. Bijvoorbeeld de kosten van ziekenhuisbezoek.

Mensenhandel komt voor in combinatie met ernstige gewelds- of zedenmisdrijven, bijvoorbeeld prostitutie. Of in combinatie met uitbuiting, bijvoorbeeld moderne slavernij in de land- of wegenbouw.