Aanpassing maximum aantal toevoegingseenheden per 1 januari 2026
Per 1 januari 2026 verlaagt de Raad voor Rechtsbijstand het maximum aantal toevoegingseenheden voor advocaten en mediators van 250 naar 225. Per 1 januari 2027 volgt een verdere verlaging naar 200 toevoegingseenheden. Deze aanpassing is afgestemd met de Nederlandse orde van advocaten (NOvA) en de Mediatorsfederatie Nederland (MfN). De reden voor deze aanpassing is dat de gemiddelde tijdsbesteding en het gemiddeld aantal punten per toevoeging sinds de jaren negentig, toen het maximum van 250 eenheden is vastgesteld, aanzienlijk is gestegen.
Waarom een jaarlijks maximum aantal toevoegingen?
De Raad ziet het borgen van kwaliteit als één van zijn kerntaken. Rechtzoekenden moeten kunnen rekenen op passende ondersteuning en goede rechtsbijstand. Sinds de jaren negentig geldt voor advocaten en mediators een jaarlijks maximum van 250 toevoegingseenheden. Daarbij werkt de Raad met gewogen toevoegingseenheden, zodat rekening wordt gehouden met de samenstelling van zaken binnen een praktijk.
Deze grens is gebaseerd op de binnen de beroepsgroep algemeen aanvaarde norm dat een voltijds werkende advocaat of mediator jaarlijks 1.200 declarabele uren kan realiseren. Bij een gemiddelde tijdsbesteding van 6 uur per toevoeging zou dit ruimte bieden voor ongeveer 200 zaken per jaar. De eerdere vastgestelde grens van 250 toevoegingen betekende dan al een meer dan maximale belasting. Een structureel hogere werkbelasting brengt de kwaliteit van de rechtsbijstand in gevaar.
In de afgelopen jaren is het gemiddeld aantal punten per toevoegingszaak echter gestegen naar 8,5. Dit komt ook tot uitdrukking in de vergoeding: gemiddeld worden inmiddels ook 8,5 punten per zaak uitgekeerd. Deze ontwikkeling was aanleiding om bij de uitvoering van de aanbevelingen van de Commissie Van der Meer I het puntenaantal aan te passen.
Tegen deze achtergrond is besloten om het maximum aantal toevoegingseenheden stapsgewijs te verlagen, zodat de werkbelasting weer in verhouding staat tot de beschikbare tijd en de kwaliteit van de rechtsbijstand gewaarborgd blijft.
Aanpassing nodig
De Raad past het maximum aantal toevoegingseenheden aan om de kwaliteit van de rechtsbijstand blijvend te waarborgen. Het is van belang dat advocaten en mediators voldoende tijd kunnen besteden aan iedere zaak. Dit draagt niet alleen bij aan zorgvuldige behandeling, maar ook aan een effectieve toegang tot het recht.
Handhaving van het huidige maximum van 250 toevoegingseenheden zou neerkomen op een maximale werkbelasting van 2.125 declarabele uren per jaar (8,5 uur per toevoeging). De Raad beschouwt dit als een onaanvaardbaar hoge belasting, die niet verenigbaar is met de borging van kwaliteit. Aanpassing is daarom noodzakelijk.
De impact van deze wijziging is beperkt: in 2024 ontving 1,94% van de bij de Raad ingeschreven advocaten meer dan 225 toevoegingseenheden en 3,67% meer dan 200 toevoegingseenheden. Geen enkele mediator (niet-advocaat) ontving in dat jaar meer dan 225 eenheden. Slechts twee mediators (niet-advocaten) ontvingen in 2024 meer dan 200 eenheden.
Communicatie over de aanpassing
De Raad informeert advocaten en mediators die in 2024 meer dan 175 toevoegingen hebben ontvangen, of naar verwachting in 2025 boven dit aantal zullen uitkomen, ook individueel over de aanpassing van het maximum. Zij ontvangen in juni per e-mail een persoonlijk bericht met informatie over deze aanpassing.
Koppeling maximum met herijking vergoedingen
Na 2027 koppelt de Raad de hoogte van het maximum aantal toevoegingseenheden aan de systematiek voor periodieke herijking van de vergoedingen. Bij iedere aanpassing van het aantal forfaitaire punten zal de Raad beoordelen of een bijstelling van het maximum aantal toevoegingseenheden nodig is.
Lees op de pagina met alle veelgestelde vragen meer over de aanpassing van het maximumbeleid van de Raad.
Vragen?
Heeft u vragen? Neem dan contact met op met de afdeling Registerbeheer van de Raad, tel. 088 – 787 1000 of per e-mail: [email protected].