Art. 33 Bvr Uitbetaling vergoeding aan laatste advocaat
Artikel 33 Bvr
Benodigde stukken / informatie
Zie werkinstructie vaststellen art. 28 Bvr.
Vaststelbeleid
Declaratie door niet toegevoegde advocaat
1. Declaratie door niet- of oud-kantoorgenoot
Als de toevoeging wordt gedeclareerd door een advocaat die bij een ander kantoor dan de toegevoegde advocaat werkzaam is, bel je met de declarerende advocaat en vraag je om een akkoordverklaring (pdf, 66 kB) van de toegevoegde advocaat.
Als de toegevoegde advocaat toestemming geeft, vergoed je aan de declarerende advocaat.
Zonder akkoordverklaring wijs je de vergoeding af met de volgende tekst::
“De toevoeging is door u ter declaratie aangeboden, zonder akkoordverklaring van de toegevoegde advocaat. Omdat u niet de toegevoegde advocaat bent is uw aanvraag om vergoeding afgewezen. (Artikel 33 Bvr)”
2. Declaratie door kantoorgenoot
Wordt de toevoeging zonder akkoordverklaring gedeclareerd door een kantoorgenoot, dan stel je de vergoeding vast op naam van de toegevoegde advocaat. Je meldt daarbij de volgende tekst:
“De toevoeging is zonder akkoordverklaring door uw kantoorgenoot ter declaratie aangeboden. Omdat u de toegevoegde advocaat bent, is de vergoeding daarom op uw naam vastgesteld. U kunt onderling verrekenen.”
Wordt de toevoeging mét akkoordverklaring gedeclareerd dan stel je de vergoeding vast op naam van de declarerende advocaat.
Conflict bij verrekening werkzaamheden
De Raad bemoeit zich niet met de onderlinge verrekening. Als de eerste en de opvolgende advocaat een conflict krijgen bij de verrekening van de toegekende vergoeding, verwijs je ze naar de Deken van de Orde van Advocaten.