Ga naar de inhoud
Direct naar
  • Mijn RvR
  • Kenniswijzer
  • Contact
  • Nieuws
  • English
  • Best Practices Leidraad voor asieladvocaten
Raad voor Rechtsbijstand
Kenniswijzer
  • Voor advocaten

    • Algemene inschrijving bij de Raad
    • Ingeschreven en dan?
    • Over toevoegingen
    • Declaratie indienen
    • Nieuws
    • Formulieren voor advocaten
    • Direct regelen
  • Voor mediators

    • Algemene inschrijving bij de Raad
    • Ingeschreven en dan?
    • Over toevoegingen
    • Declaratie indienen
    • Nieuws voor mediators
    • Formulieren voor mediators
    • Wrb-portaal voor mediators  met eHerkenning
  • Voor burgers
  • Kenniswijzer

    • Wijzigingen werkinstructies
    • Meer over de Kenniswijzer
    • Werkinstructies extra uren
    • Werkinstructies mediation
    • Werkinstructies toevoegen
    • Werkinstructies vaststellen
    • Wet- en regelgeving
    • Zoeken op Kenniswijzer
    • Zoeken op Kenniswijzer jurisprudentie
  • Mijn RvR
  • Kenniswijzer
  • Contact
  • Nieuws
  • English
  • Best Practices Leidraad voor asieladvocaten
  1. Home ›
  2. Kenniswijzer ›
  3. Zoeken op Kenniswijzer jurisprudentie ›
  4. Dat het eerste en het nadere verhoor van de vader, moeder en dochter niet gelijktijdig heeft plaatsgevonden, betekent niet dat aan hun asielzaken geen nagenoeg gelijk feitencomplex ten grondslag ligt

Dat het eerste en het nadere verhoor van de vader, moeder en dochter niet gelijktijdig heeft plaatsgevonden, betekent niet dat aan hun asielzaken geen nagenoeg gelijk feitencomplex ten grondslag ligt

Jurisprudentie
Asiel- en vreemdelingenrecht

Registratienummer
201702474/1/A2
Hoger beroep tegen
16/3891
Datum uitspraak
27 december 2017
Rechtsgebied
Asiel- en vreemdelingenrecht
Instantie
Raad van State
Appellant
Rechtsbijstandverlener
Uitspraak
Hoger beroep ongegrond

Essentie

Naar aanleiding van de steekproefcontrole bij het kantoor van de advocaat stelt de raad zich op het standpunt dat de twee asielprocedures verknochte zaken zijn en dat de werkzaamheden die hiertoe zijn verricht onder één vergoeding vallen. Dat de raad vanwege de werkwijze van het High Trust-programma zelf niet beschikte over het dossier, laat onverlet dat tijdens de volledige dossiercontrole het gehele dossier is ingezien.

Beide asielzaken hebben een nagenoeg gelijk feitencomplex. Volgens de rapporten woonden vader, moeder en dochter in gezinsverband op hetzelfde adres, en zijn zij gezamenlijk en op dezelfde wijze naar Nederland gereisd. Zij zijn vanwege dezelfde reden vertrokken. Verder gaven zij allen aan dat zij bij eventuele terugkeer vanwege datzelfde probleem gevaar zouden lopen. Dat het eerste en het nadere verhoor van de vader, moeder en dochter niet gelijktijdig heeft plaatsgevonden, betekent niet dat aan hun asielzaken geen nagenoeg gelijk feitencomplex ten grondslag ligt.


Integrale uitspraak

Toepasselijke wetsartikel(en)

  • Artikel 11 Bvr



Over de Raad voor Rechtsbijstand

Burgers moeten kunnen rekenen op passende ondersteuning en goede rechtsbijstand. Daar maakt de Raad voor Rechtsbijstand zich sterk voor via de organisatie en borging van gesubsidieerde mediation en rechtsbijstand, uitvoering van de Wet schuldsanering natuurlijke personen en de Wet beëdigde tolken en vertalers.

  • Meer over ons
  • Contact
  • Protocol Wet open overheid (Woo)
  • Toegankelijkheid
  • Privacy
  • Cookies
  • Proclaimer
  • Informatiebeveiliging

Volg ons op

  • Youtube
  • LinkedIn