Veelgestelde vragen experiment echtscheiding - proces Juridisch Loket

Er wordt niet met een specifiek diagnose-instrument gewerkt. Er vindt een brede diagnose aan de voorkant plaats waarbij onder andere diverse aspecten van verschillende leefgebieden worden besproken. Op basis van de voor het experimenten ontwikkelde indicatoren vindt de diagnose voor een advies over een basisrechtshulppakket en het type dienstverlener (advocaat, mediator of platform) plaats.

De verplichting voor de rechtzoekende om eerst het Juridisch Loket te bezoeken voordat hij een dienstverlener krijgt voorgesteld is opgenomen om diverse redenen. Het Juridisch Loket kan een rechtzoekende uitgebreid informeren over het echtscheidingsproces. Tegelijkertijd kan het Loket inventariseren waar de rechtzoekende behoefte aan heeft in zijn echtscheiding, zodat de beste optie voor een basisrechtshulppakket en een type dienstverlener aan de Raad kan worden geadviseerd. Ook kan het Loket tijdens het gesprek met de rechtzoekende ingaan op mogelijke onderliggende problematiek en eventueel verwijzen naar een instantie die hierbij hulp kan bieden, of kan het Loket zelf zaken afdoen die binnen hun werkgebied vallen.

Wanneer er sprake is van een spoedsituatie verwijst het Juridisch Loket de rechtzoekende direct naar een dienstverlener, zonder tussenkomst van de Raad. Wanneer nadien nog een gesprek tussen de rechtzoekende en het Juridisch Loket plaats kan vinden ten behoeve van de diagnose, kan er nog steeds een match tot stand gebracht worden. De dienstverlener die al werkzaamheden heeft verricht, kan dan eventueel als voorkeursdienstverlener worden aangemerkt. Kan de match met de voorkeursdienstverlener dan niet tot stand komen, maar wil de rechtzoekende geen andere dienstverlener, dan kan deze dienstverlener een reguliere toevoeging aanvragen voor de zaak.

Wanneer de rechtzoekende al bij u op kantoor is geweest en hij wil gebruik maken van uw diensten, dan kunt u het Juridisch Loket een mail sturen naar experimentscheiden@juridischloket.nl en doorgeven dat uw cliënt wil deelnemen aan het experiment. In dat mailbericht kunt u het telefoonnummer van de cliënt vermelden, het Juridisch Loket neemt dan zelf telefonisch contact op met de cliënt voor een afspraak voor het diagnosegesprek. Uw cliënt kan in dat gesprek ook aangeven dat hij van uw diensten gebruik wil maken, dat vermeldt het Juridisch Loket op het diagnoseformulier.

Zonder dit gesprek kan er geen diagnose gesteld worden en kunt u geen vergoeding aanvragen in het kader van het experiment echtscheiding. In dat geval kunt u voor de zaak een reguliere toevoeging aanvragen.

Het verwijsarrangement dat bestond tussen de Raad voor Rechtsbijstand en het Juridisch Loket is tijdelijk stopgezet als gevolg van de Covid-19 maatregelen. Verwacht wordt dat het arrangement weer wordt opengesteld zodra de maatregelen dat toelaten. Zodra hierover meer bekend is zal de Raad voor Rechtsbijstand u hierover informeren via de nieuwsbrief en op de website van de Raad. Wanneer er onder het verwijsarrangement geen korting wordt gegeven, geldt dat ook in het experiment.

Het Juridisch Loket heeft voor de gesprekken met de rechtzoekenden een uur gereserveerd. Mocht gedurende het experiment blijken dat dit te kort is, dan wordt er meer tijd voor de gesprekken gereserveerd.

Rechtzoekenden krijgen altijd de keuze om al dan niet deel te nemen aan het experiment. Die keuze wordt niet door het Juridisch Loket gemaakt. Wel legt het Juridisch Loket uit wat het experiment inhoudt en welke gevolgen deelname door de rechtzoekende voor hem of haar heeft.

Het Juridisch Loket vraagt aan rechtzoekenden of zij willen deelnemen aan het experiment. Wanneer een rechtzoekende dat niet wil, volgt het Loket de reguliere werkwijze en verwijzen zij de rechtzoekende zelf naar een rechtsbijstandverlener of een mediator.

Het Juridisch Loket spreekt uitgebreid met een rechtzoekende die wil scheiden. In een diagnosedocument vermeldt het Loket zijn bevindingen en het advies met betrekking tot het aan te bieden basisrechtshulppakket. Ook adviseert het Loket over het type dienstverlener dat het beste bij de situatie van de rechtzoekende past. De Raad volgt in de regel de adviezen van het Loket. Daarnaast worden de indicaties van het Loket in het diagnosedocument in de matching betrokken. Alle matchingcriteria worden in een matchingtool verwerkt en vervolgens worden er geautomatiseerd drie dienstverleners gematcht die voldoen aan alle matchingcriteria. Deze drie dienstverleners worden aan de rechtzoekende voorgesteld. De rechtzoekende bepaalt zelf of hij gebruik maakt van het voorstel van de Raad. De Raad wijst geen dienstverleners aan.

Het proces is zodanig ingericht dat een rechtzoekende die bij het Juridisch Loket kenbaar heeft gemaakt te willen scheiden, binnen ten hoogste twee dagen een telefonisch gesprek heeft met een hiertoe opgeleide jurist van het Juridisch Loket. Op basis van de informatie die de rechtzoekende in het gesprek heeft verstrekt, stelt de jurist het diagnosedocument op en stuurt dat per e-mail of per post  naar de rechtzoekende. Deze kan de mail direct doorsturen naar de Raad voor Rechtsbijstand (het mailadres is scheiden@rechtsbijstand.nl), die binnen ten hoogste twee dagen na ontvangst van het document, een matchingvoorstel doet aan de rechtzoekende. De vertraging in het proces als gevolg van het verplichte contact met het Juridisch Loket is met deze beoogde werkwijze tot een minimum beperkt.

U kunt een mail sturen naar het Juridisch Loket via het mailadres experimentscheiden@juridischloket.nl en vragen of uw cliënt kan worden uitgenodigd voor een diagnosegesprek. U mag eventuele bijzonderheden vermelden in de mail. Ook kunt u aangeven dat uw cliënt graag gebruik wil maken van uw diensten en dat u de voorkeursadvocaat of de voorkeursmediator bent. Een medewerker van het Juridisch Loket nodigt uw cliënt dan telefonisch uit voor een diagnosegesprek. Vermeldt u daarom de naam en het telefoonnummer van uw cliënt in de mail. Het Juridisch Loket vermeldt in het diagnosedocument dat er sprake is van een voorkeursdienstverlener met daarbij uw naam, zodat de Raad daar in het matchingproces rekening mee kan houden.’