Opschorting maatregel kostenverhaal draagkrachtige veroordeelde
Sinds 1 maart 2017 is de maatregel kostenverhaal draagkrachtige veroordeelde opgenomen in artikel 43, lid 3 Wet op de rechtsbijstand (Wrb). Op grond van deze bepaling vordert de Raad voor Rechtsbijstand de rechtsbijstandskosten op toevoeging terug van voldoende draagkrachtige personen van wie de procedure is geëindigd in een onherroepelijke veroordeling.
Naar aanleiding van een door de Raad geïnitieerde evaluatie van de maatregel, waarin werd geconcludeerd dat de kosten niet opwegen tegen de baten (maatschappelijk en financieel), is in overleg tussen de Raad en het ministerie van Justitie en Veiligheid gekeken of de werking van de maatregel verbeterd kan worden. Dit bleek niet het geval.
De staatssecretaris Rechtsbescherming heeft daarom op 26 mei jl. de Raad verzocht van zijn bevoegdheid gebruik maken om de uitvoering van de maatregel op te schorten, vooruitlopend op de definitieve afschaffing van de maatregel door wijziging van de Wrb.
Uitwerking van de opschorting
De Raad zal vanaf 26 mei 2025 niet langer terugvorderingen opstarten in zaken. Daarom is alvast de gangbare werkwijze beëindigd om een aankondiging van terugvordering te sturen naar een onherroepelijk veroordeelde met voldoende financiële draagkracht. De verdere uitwerking van de opschorting, zoals de al lopende vorderingen, vereist de nodige aanpassingen in het proces en kost daarom tijd. In de nieuwsbrief van de Raad houden wij u op de hoogte van deze uitwerking.